Na het diploma zwemmen kan je je zwemopleiding voortzetten. In de FUNdamentgroep leer je alle slagen, starts en keerpunten. Voor waterpolo leer je verschillende gooimethoden, spelvormen en strategieën.
Twee keer per jaar hebben we Brevetzwemmen en belonen we de inzet en vooruitgang met het uitreiken van een Brevet. Gemiddeld zal ieder kind één Brevet per zwemseizoen halen. Er zijn echter kinderen die dat niet redden en er zijn kinderen die twee of meer Brevetten in een zwemseizoen halen. Voor de allerjongsten en kinderen die net bij ons zwemmen is er ook het Startbrevet. Naast het Startbrevet zijn er 6 brevetten. De eerste 3 brevetten zijn voor wedstrijdzwemmen en waterpolo hetzelfde:
Brevet 1: Vis
Brevet 2: Kikker
Brevet 3: Krokodil
Met deze brevetten op zak heb je een goede ligging in het water en een goede beheersing van de zwemslagen schoolslag, borstcrawl en rugcrawl. De opleiding voor wedstrijdzwemmen wordt afgemaakt met de brevetten
Brevet 4: Walvis
Brevet 5: Haai
Brevet 6: Dolfijn.
Vanaf Brevet 4 kunnen kinderen ook een training volgen bij de TrainSelectie-groep.
Doorstroom
Tijdens of na de FUNdamentgroep kan je voor (wedstrijd)zwemmen doorstromen naar de TrainSelectie-groep. Bij waterpolo kan je deelnemen aan de trainingsgroep op maandagavond. Neem je deel aan de competitie, dan kan je ook op donderdag trainen.
Naar de TrainSelectie-groep
Of een kind kan doorstromen naar de TrainSelectie-groep is afhankelijk van de beheersing van de techniek, de beheersing van de keerpunten, de inzet tijdens de training, de conditie en de snelheid. Omdat ieder kind anders is, is het best lastig concreet te formuleren wat precies de vereisten zijn.
In grote lijnen hanteren we nu: minimaal Brevet 4 met een aantal snelheidscriteria:
Op een 25m op 2 van de 4 slagen onder de 25 sec
Op een 50m (slag naar keuze) onder de 55 sec
Op een 100m (slag naar keuze) onder de 2 minuten
Idealiter worden de tijden geklokt bij een officiële wedstrijd. Indien er gedurende langere tijd geen relevante wedstrijden op het programma staan is klokken tijdens de training een alternatief. Het besluit voor doorstroom naar de TrainSelectie-groep wordt genomen door de coördinatoren van de FUNdamentgroep en TrainSelectie-groep.